Wat als burgers, verenigingen of ondernemers de overheid kunnen uitdagen om bepaalde taken en diensten over te nemen? Dat is zoveel als de Right to Challenge die minister Somers wil uitrollen via de lokale besturen. Vandaag bezocht hij een project in Hasselt om het concept toe te lichten. Bart Somers: “Iedereen moet de taken en de dienstverlening van een lokaal bestuur in vraag kunnen stellen en bijgevolg de mogelijkheid hebben om deze over te nemen indien men dit beter, efficiënter of goedkoper kan organiseren. Ik wil lokale besturen begeleiden en hen warm maken om hiermee aan de slag te gaan, zoals Hasselt vandaag al doet.”
De Right to Challenge is een nieuwe manier om burgers meer betrekken bij het beleid. Het geeft burgers, verenigingen of ondernemers het recht om de taken die de overheid vandaag uitvoert in vraag te stellen. Het geeft hen de mogelijkheid om de overheid uit te dagen en het zelf beter, sneller of efficiënter te doen. Zoals afgesproken in het regeerakkoord wil Vlaams minister Bart Somers een kader scheppen om het “uitdaagrecht” in Vlaanderen uit te rollen.
Vlaams minister van Binnenlands Bestuur Bart Somers: “Meer en meer staan burgers op om nauwer betrokken te worden bij het beleid. Zeker op het lokale niveau, waar de betrokkenheid van de inwoners nog groter is. We moeten dit niet tegenhouden, maar juist omarmen. De overheid doet niet alles beter. Met de Right to Challenge wordt het plots heel concreet. Dit gaat verder dan inspraak in het beleid, niet-verkozenen nemen er écht aan deel.”
Hasselt is uitzondering
Vlaams minister Bart Somers bezocht vandaag een project in Hasselt. De stad besliste om het groenonderhoud van 56 percelen niet meer zelf te doen, maar gaf de opdracht tegen betaling door aan zeventien verenigingen. Ze worden vergoed per vierkante meter werk. De stad stelt materiaal ter beschikking en voert op het een einde een kwaliteitscontrole uit.
Schepen Laurence Libert (Open Vld), bevoegd voor Groenonderhoud: “Sinds 15 jaar geleden bannen we in Hasselt alle pesticiden bij ons groenonderhoud. Dat had als gevolg dat we creatief op zoek moesten gaan naar alternatieven. Na onderling overleg kwamen we tot de conclusie dat verenigingen, die willen, deze taak perfect kunnen uitvoeren. We trachten het onkruid, als ook het zwerfvuil, van de 56 percelen te bestrijden met lokale verenigingen. Wat overblijft, besteden we uit aan sociale tewerkstelling.”
Schepen Frank Dewael (Open Vld), bevoegd voor Financiën: “Zeker het afgelopen coronajaar mogen we praten van een win-winsituatie. Vele activiteiten van verenigingen die geld in het laatje moesten brengen zijn weggevallen. De inkomsten van de onkruidbestrijding zijn een volwaardig alternatief. Daarnaast zijn dit minder overheidstaken voor de stad. We besloten begin dit jaar ook om de percelen te verkleinen. Zo verlaagden we de drempel en daardoor tekenden heel wat extra verenigingen in.”
Hasselt is één van de enige lokale besturen die het principe van Right To Challenge al toepast. In andere landen gebeurt dit al vaker. Op verzoek van een minister Somers voerde de KU Leuven een vergelijkende studie uit in de ons omringende landen. Op basis van dat onderzoek wordt nu een handige praktijkgids gepubliceerd. Daarnaast werkt minister Somers ook samen met de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten om lokale besturen te begeleiden. Tot en met het najaar van 2022 worden er verschillende experimenten opgezet die een aantal inzichten moeten opleveren.
Vlaams minister Bart Somers: “Vooral in Nederland kreeg het systeem van Right To Challenge al een stevige voet aan de grond. In verschillende Nederlandse steden en gemeenten nemen burgers, verenigingen of ondernemers het onderhoud van straten voor hun rekening. Zelfs het runnen van openbare sportinfrastructuur, het inrichten van stadspleinen of het ontwikkelen van digitale instrumenten wordt daar aan de burgers toevertrouwd als die aangeven dat ze het klantvriendelijker en goedkoper kunnen. Een slankere overheid en een betere dienstverlening. Efficiënter beleid met meer burgerparticipatie, daar gaan we voor.”